Home

Onzekerheden met mogelijke impact op het begrotingssaldo

Begrotingssaldo met onzekerheden

Het begrotingssaldo zoals dat voortkomt uit de mutaties die gedaan zijn in deze Kadernota geeft onvoldoende inzicht in de meerjarige financiële ontwikkeling. De oorzaak hiervan is een groot aantal onzekerheden zowel aan de batenkant als ook aan de lastenkant. Aan de batenkant is er grote onzekerheid over de ontwikkeling van het provinciefonds en de motorrijtuigenbelasting en aan de lasten kant speelt de sterk stijgende inflatie en de stijgende rente een rol. Deze onzekerheden hebben invloed op het (structureel) begrotingssaldo, daarnaast spelen binnen het  begrotingssaldo nog beleidsmatige onzekerheden zoals het meerjarig doortrekken van de extra inzet uit de periode 2024 t/m 2027 in de Begroting 2022 en andere beleidsontwerpen die nog structurele dekking nodig hebben. Ook is er nog geen beeld over de hoeveelheid, duur en periode van de specifieke middelen vanuit het nieuwe kabinet en het coalitieakkoord. Deze zullen overigens in het begrotingssaldo in principe budgetneutraal zijn omdat dit specifieke baten zijn waar ook een gelijke hoeveelheid lasten tegenover staan.

Traject begroting in evenwicht
Alle bovengenoemde onderwerpen komen samen in het traject begroting in evenwicht. Immers ontwikkelingen aan de batenkant hebben invloed op het begrotingssaldo en daarmee ook op de hoeveelheid lasten er kunnen worden opgenomen in de begroting. Het gaat dan specifiek om het structurele begrotingssaldo , het evenwicht tussen de structurele baten en structurele lasten.

In de Begroting 2022 is hier onderstaande tekst over opgenomen in de Bestuurlijke inleiding .
"Daarom vergroten wij, conform afspraak met de Staten, het inzicht in die keuzes, bijvoorbeeld via het traject ‘Begroting In Evenwicht’. Eerste inzichten zullen bij de Begroting 2023 verwerkt worden. En de definitieve uitkomsten moeten duidelijk zijn aan het einde van deze collegeperiode zodat voor een nieuwe periode met deze inzichten weer keuzes kunnen worden gemaakt"

In de onderstaande grafiek is ook opgenomen wat het effect zou zijn bij het doortrekken van de extra inzet voor periode 2024 t/m 2027 uit begroting 2022. In de grafiek zijn 2 varianten opgenomen. In de groene stippellijn is het bedrag voor beheer en onderhoud en OV opgenomen. In de gele stippellijn is het doortrekken van de extra inzet voor de periode 2024 t/m 2027 volledig opgenomen.

Duiding van het beeld
Zoals in de tabel onder de grafiek is te zien staan er nog veel regels op pm. Op dit moment is er alleen een maartbrief 2022 aan gemeenten en provincies ontvangen.

"Deze brief schetst een eerste beeld van de gevolgen voor individuele gemeenten en provincies door de financiële implicatie te geven van de reeksen accres en opschalingskorting op basis van de stand van het coalitieakkoord . Bij Voorjaarsnotabesluitvorming zal een actualisatie van het accres plaatsvinden en zaI meer inzicht worden gegeven in andere posten uit het coalitieakkoord die voor gemeenten en provincies relevant zijn. Over de gevolgen hiervan voor individuele gemeenten en provincies wordt u geïnformeerd via de Meicirculaire 2022"

De cijfers die in de maartbrief staan zijn zonder het indexatie deel en laten zien dat vanaf 2026  € 11 mln structureel is opgenomen. Dit is € structureel 19 mln lager dan het bedrag in 2025. Het is een indicatie waarover de Meicirculaire meer duidelijkheid moet gaan geven. De informatie die nu beschikbaar is laat zien dat de baten groei afneemt vanaf 2026 en daarmee het begrotingssaldo negatief beïnvloedt.  

Naast de kerntaken zijn er ook de transitieopgaven die vaak langjarig van karakter zijn, maar momenteel wel incidenteel gefinancierd worden vanuit het rijk. Dit langjarige karakter vraagt echter om langjarige (structurele) inzet en dus zekerheid. Een voorbeeld hiervan zijn de fondsen die het rijk vrij maakt om de drie grote transities (Natuur & Stikstof, Wonen & Bereikbaarheid en Klimaat & Energie) uit te voeren.

De provincie is sterk afhankelijk van de structurele middelen uit het provinciefonds en de opcenten motorrijtuigenbelasting. Omdat beide nu vol in beweging zijn creëert dit onzekerheid op de inkomsten en daarmee op het structureel begrotingssaldo en de keuzes die er gemaakt kunnen of moeten worden aan de lastenkant. Incidenteel is er ruimte met dekking uit de algemene reserve maar deze is ook nodig om incidenteel het negatieve begrotingssaldo te dekken. Dit kan alleen incidenteel en de begroting zal zo moeten worden ingericht dat deze in de basis structureel in evenwicht is waarbij de incidentele middelen uit bijvoorbeeld het algemene reserve ingezet worden voor tijdelijk extra impulsen.

(bedragen x € 1 mln)

2023

2024

2025

2026

2027

2028

2029

2030

2031

2032

2033

2034

2035

2036

2037

A

Mutaties eerdere P&C producten

1

Begrotingssaldo tot en met de adernota 2023

-16,0

23,7

9,9

6,0

-7,8

45,6

45,1

45,6

46,1

45,4

46,6

51,3

55,0

70,4

69,8

Totaal (A) Begrotingssaldo t/m kadernota 2023

-16,0

23,7

9,9

6,0

-7,8

45,6

45,1

45,6

46,1

45,4

46,6

51,3

55,0

70,4

69,8

B

Doortrekken extra inzet voor periode 2024 t/m 2027 uit Begroting 2022    

1

Beheer en onderhoud incl OV 

-27

-27

-27

-27

-27

-27

-27

-27

-27

-27

2

Resterende beleidsonderwerpen

-34

-34

-34

-34

-34

-34

-34

-34

-34

-34

Totaal (B) 

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

-61,5

-61,5

-61,5

-61,5

-61,5

-61,5

-61,5

-61,5

-61,5

-61,5

C

Onzekerheden

1

Warmtelinq 

pm

2

Fondsnazorg rekenrente

pm

3

Meicirculaire 2022 (indexatie)

pm

pm

pm

a

   -Compensatie voor elektrische auto

19

19

b

   -Maartbrief provinciefonds

15

26

30

c

   -Maartbrief provinciefonds nieuwe financiering systematiek

11

11

11

11

11

11

11

11

11

11

11

11

4

Septembercirculaire 2022

pm

pm

pm

pm

pm

pm

pm

pm

pm

pm

pm

pm

pm

pm

pm

5

Transitiefondsen

pm

pm

pm

pm

pm

pm

pm

pm

pm

pm

pm

pm

pm

pm

pm

6

Indexatie opcententarief bij begroting 2023

3

5

9

10

17

17

17

17

17

17

17

17

17

17

17

7

Indexatie aanpassen stelposten*

-9

-13

-17

-24

-30

-30

-30

-30

-30

-30

-30

-30

-30

-30

-30

Totaal (B) 

28,4

37,7

20,9

-2,8

-1,4

-1,4

-1,4

-1,4

-1,4

-1,4

-1,4

-1,4

-1,4

-1,4

-1,4

Totaal A + B (mutatie op begrotingssaldo)

28,4

37,7

20,9

-2,8

-1,4

-62,9

-62,9

-62,9

-62,9

-62,9

-62,9

-62,9

-62,9

-62,9

-62,9

Begrotingssaldo Totaal incl Onzekerheden

12,3

61,5

30,8

3,2

-9,2

-17,3

-17,9

-17,3

-16,9

-17,5

-16,3

-11,7

-7,9

7,5

6,9

Toelichting
A1 Begrotingssaldo tot en met de Kadernota 2023
Dit is het begrotingssaldo na verwerking van de mutaties in de kadernota

B Doortrekken extra inzet voor de periode 2024-2027 uit Begroting 2022
Gezien de aflopende lasten budgetten na 2027 zoals te zien is in de lange termijn doorkijk in het hoofdstuk financiële hoofdlijnen en in de ambities bij de lange termijn inzichten lijkt het voor de hand te liggen dat deze budgetten voor een groot deel doorlopen na 2027. Dit verdere inzicht zal tot stand komen vanuit het traject in begroting in evenwicht (structurele lasten die gedekt zijn door structurele baten). Zodat op basis van dit inzicht  de keuzes gemaakt kunnen worden binnen de structurele begrotingsruimte.

C Onzekerheden
Dit zijn een aantal onzekerheden aan de batenkant waar de provincie geen directe invloed op heeft en onzekerheden aan de lastenkant waar in bepaalde mate keuzes kunnen worden gemaakt.

Deze pagina is gebouwd op 07/20/2022 11:34:49 met de export van 07/20/2022 11:28:02